23 juli 2018
Trombose na de bevalling
Adriënne van de Ven (36 jaar) ontdekte het na de bevalling van haar dochter Fenna: de roze wolk bestaat. Helaas werd ze er hard afgetrokken door een gemiste diagnose. Ze kreeg trombose na de bevalling. Haar kraamtijd eindigde op de spoedeisende hulp, met een longembolie.
“Ik had tijdens mijn zwangerschap last van bekkeninstabiliteit en was immobiel. Na de bevalling waren die klachten verdwenen. Ik voelde me fit en genoot ontzettend van de baby en mijn oudste dochter, die 2,5 jaar was.
“Ik wilde bij de baby blijven, maar daar lag ik tussen de longpatiënten.”
Niets aan de hand
Aan het eind van de kraamweek kreeg ik kramp in mijn kuit. De kraamhulp was alert op trombose na de bevalling. Via de huisarts kwam ik bij de radioloog. Die zag een stolsel in mijn spatader. De kans dat ik daardoor een diep veneuze trombose zou krijgen, dus in het hoofdsysteem van de aderen, was volgens hem nul. Het stolsel zou vanzelf oplossen.
De dagen erna voelde ik de pijn optrekken via mijn kuit, dijbeen en lies. Mijn been was gezwollen. ‘Je ader is gewoon geïrriteerd’, zei de assistent van de huisarts. Ik bleef me zorgen maken, maar wist natuurlijk ook niet zeker wat ik had. Drie weken na mijn eerste doktersbezoek had ik pijn in mijn ribben. Ik kon geen zin afmaken zonder adempauze. Ik voelde dat het mis was en belde de huisarts: ‘volgens mij heb ik een longembolie’. Hij was er binnen vijf minuten.
De ergste kraamtranen
Het werd een lange dag in het ziekenhuis, met onderzoeken en veel wachttijd. De verpleegkundige liep ’s avonds binnen: ‘We gaan je gereed maken voor opname’. Toen heb ik zoveel kraamtranen gehuild. Ik wilde gewoon bij mijn kindje blijven, maar daar lag ik, tussen de oudere longpatiënten met bijvoorbeeld COPD.
Die eerste nacht was vreselijk. Ik had bloedverdunners gekregen, maar ik bleef benauwd. Als ik nu ga slapen, word ik misschien niet meer wakker, schoot door me heen. Het gekke is: uiteindelijk waren het ook mooie dagen. De volgende dag kwam mijn man met Fenna. Voor het eerst in mijn leven huilde ik gelukstranen. En mijn oudere kamergenoten leefden zo mee. Het werd een warm nest.
Het is nu vier jaar geleden. Van restverschijnselen heb ik niet veel last. De aderen in mijn been zijn wel blijvend beschadigd. Als het weer verandert, voel ik het in mijn lijf. De longarts heeft me aangeraden om steunkousen te blijven dragen. Ik ben eraan gewend en denk er niet te veel over na. Af en toe schiet het door me heen. Hoe was het afgelopen als de huisarts later was gekomen? Dan hadden mijn dochters geen moeder gehad en was het leven van mijn man totaal anders geweest.”
Trombose: een klein propje met grote gevolgen
Per dag krijgen ruim 100 mensen een trombose! Bijvoorbeeld in een been, de onderbuik of in de longen.
Daarom financiert de Trombosestichting wetenschappelijk onderzoek om trombose in de toekomst te voorkomen, beter te behandelen en de gevolgen te beperken. Uw steun is daarbij onmisbaar!