23 mei 2020
Voor mensen met trombose was het altijd letterlijk vaste prik: steeds weer die bezoekjes aan de trombosedienst. Daar werd bloed geprikt en de dosering van de medicijnen bepaald. Inmiddels zijn er gelukkig meer opties voor de behandeling. Bijvoorbeeld: zelf bloed prikken.
INR-waarde bijhouden bij Vitamine K-remmers
Trombosepatiënten krijgen vaak antistollingsmedicatie. Als zij Vitamine K-remmers gebruiken is de juiste dosering daarbij belangrijk. Het bloed moet niet te snel stollen, want dan kan er weer een bloedprop ontstaan. Maar als het te langzaam gaat, is het risico op bloedingen hoog. Als je Vitamine K-remmers (zie kader) slikt, houdt de trombosedienst daarom je INR-waarde in de gaten. De INR-waarde laat zien hoe snel je bloed stolt.
Minder naar de trombosedienst
Dr. Melchior Nierman is medisch leider Trombosezorg bij Atalmedial: “Je moest altijd naar de trombosedienst om je INR-waarde te laten bepalen, maar je kunt dit nu zelf thuis doen. Je doet de vingerprik zelf. Via een klein, gemakkelijk apparaat meet je de INR waarna je deze direct kunt doorsturen naar de trombosedienst. Op basis daarvan maakt de trombosedienst op afstand de nieuwe doseringskalender. Sommige patiënten doen zelfs ook dat doseren zelf.”
Korte cursus
Zelf prikken is zo eenvoudig, dat bijna iedereen het kan leren. Nierman: “Je krijgt een korte cursus waarin je leert hoe je moet prikken en hoe je de waarde kunt aflezen. Ook hoor je wanneer je contact op moet nemen met de trombosedienst, bijvoorbeeld als je een operatie krijgt. Je komt vervolgens nog een paar keer terug. Eerst na een week, dan na drie maanden en uiteindelijk is er alleen jaarlijks een soort APK-keuring.”
Toch naar de trombosedienst
Er is natuurlijk een groep die het echt niet zelf kan, bijvoorbeeld door dementie. Nierman: “Als er ook geen mantelzorger is die het kan doen, dan blijven de bezoekjes aan de trombosedienst nodig. Het komt ook heel af en toe voor dat het niet meer goed blijkt te gaan. Dan prikt iemand bijvoorbeeld steeds net verkeerd of komt het bloed niet op het stripje.”
Meer controle, minder complicaties
Patiënten die al zelf meten, zijn enthousiast. Nierman: “Ze voelen zich meer betrokken bij hun behandeling en voelen zich meer in controle. De dosering gaat goed en we zien minder complicaties. En misschien wel het allerbelangrijkst: ze geven hun kwaliteit van leven een hoger cijfer dan mensen die niet zelf prikken.”
DOAC of vitamine-k-remmers
Zelf prikken is alleen van toepassing bij het gebruik van Vitamine K-remmers. Dat zijn de traditionele antistollingsmiddelen. Daarbij is het meten van de INR-waarde nodig. Bij de nieuwe generatie antistollingsmiddelen, DOAC’s, hoeft dit niet meer. Die hebben ook andere voordelen, zoals minder risico op bloedingen. Toch zijn er bepaalde groepen patiënten waarvoor DOAC’s niet geschikt zijn. Bijvoorbeeld mensen met een slechte nierfunctie of een kunstklep.
Heeft u vragen over zelf prikken of wilt u weten of u hier ook voor in aanmerking komt? Neem dan contact op met uw eigen trombosedienst.