8 mei 2023
Viggo Waas kreeg een herseninfarct
Viggo Waas (61) leefde als een onsterfelijke, tot hij op 29 maart 2021 werd getroffen door een herseninfarct. Nu zegt de creatieve duizendpoot vaker nee. “Ik stond er nooit stil bij dat ik zelf trombose kon krijgen.”
De avond ervoor heeft hij een show gedaan met Peter Heerschop in Apeldoorn, en voor vanavond staat een optreden in Delft in de agenda. Viggo Waas spreekt daarom liever wat eerder op de dag af; hij kan dan ‘s middags nog even een uurtje rusten.
De ‘wilde hond’ van weleer is hij niet meer, zegt hij tijdens het gesprek. Aan tafel in restaurant Merkelbach in Amsterdam Watergraafsmeer zit een nieuwe Viggo Waas: noodgedwongen rustiger, nog minder bang voor de dood dan hij al was. Zijn herseninfarct, nu ruim twee jaar terug, heeft een plek gekregen. Zowel in zijn hoofd als in de show met Heerschop, Er gaat nog iets heel moois gebeuren.
“In onze voorstelling gaat het onder meer over mijn herseninfarct. Daar was niet aan te ontkomen; we maken altijd persoonlijke shows. Tijdens repetities had ik het weleens moeilijk, werd ik overmand door emoties, maar op het podium moet ik er een professionele distantie van nemen. Ik kan zelf niet elke avond die emotionele achtbaan nemen en me laten meeslepen door mijn eigen verhaal. Dat gaat goed. Ik heb mijn verhaal nu zo vaak verteld dat het een andere plaats in mijn geheugen heeft gekregen. Erover praten op het podium heeft me bij de verwerking geholpen, ik heb ook een EMDR-sessie gedaan. Ik beleefde het moment dat ik dat infarct kreeg steeds opnieuw en wilde daarvan af.”
Het moment
“Ik was op 29 maart 2021 aan het sporten met mijn personal trainer. Tijdens de warming-up werd ik duizelig. Ik besloot te gaan zitten en begon ineens te trillen en keerde helemaal in mezelf. Ik hoorde alles om me heen, maar kon niet reageren. Dat was een rare gewaarwording; alsof ik buiten mijn lichaam was getreden. Ik voelde mijn hart wel bonzen, dus wist dat het probleem niet daar lag. Dan moesten het mijn hersenen zijn.
In die eerste minuten dacht ik: ik ga dood. Ik leek er vrede mee te hebben, had veel moois meegemaakt in mijn leven. Daarna kwam toch de gedachte: ik moet blijven leven, voor mijn vriendin en mijn zoon en dochter, voor mijn vrienden. Omdat ik verder niets kon, begon ik op een stille manier te strijden om te overleven. Ik richtte me op mijn ademhaling, probeerde energie te sparen. In de ambulance raakte ik buiten bewustzijn en kwam in het ziekenhuis bij toen een verpleger een buis uit mijn keel haalde. Ik dacht alleen: ik leef nog. Ik had verder geen idee wat er was gebeurd en hoe ik eruit was gekomen.”
Diagnose
“In het ziekenhuis kreeg ik een trombolyse en een trombectomie om het stolsel weg te halen. Die zat in mijn arteria basilaris, een van de slagaders in de hersenen die onder meer zorgt voor de bloedtoevoer naar de hersenstam. Hoogleraar neuropsychologie Erik Scherder vertelde me later dat dat het belangrijkste deel van de hersenen is, omdat daarvandaan alles wordt bestuurd: je ademhaling, spijsvertering, coördinatie, balans.
De rechterkant van mijn lichaam was door het infarct uitgevallen en ik had grote moeite met praten. Mijn eerste gevoel was: dit komt nooit meer goed. Na de uitleg van Scherder besefte ik des te meer dat ik ongelooflijk veel geluk heb gehad, mede omdat er zo snel gehandeld werd. Er was toevallig een ambulance in de buurt toen mijn personal coach 112 belde en ik was binnen een kwartier in het ziekenhuis. Als me dit was overkomen als ik alleen in het bos had gelopen, was ik er veel slechter uitgekomen. Of helemaal niet.”
Humor
“In de tweede week in het ziekenhuis zei ik: als ik maar weer kan optreden. Ik moest een doel hebben voor mezelf. In het revalidatiecentrum merkte ik dat ik snel stappen maakte. Na zo’n acht, negen weken kon ik op mijn laptop met een paar vingers weer wat schrijven, en besloot ik te beginnen met het schrijven van een boek over wat ik meemaakte. Ik moest iets doen met mijn kijk op dat infarct, en met alles wat ik in het ziekenhuis zag gebeuren. Ik lag daar op een zaal, keek hoe mensen reageerden op hun ziekte, hoe ze tegen hun vrouw of man waren, wat er ’s nachts gebeurde. Als je door de ellende heen kunt kijken, zit er in zulke situaties vaak veel humor. Er zaten zoveel verhalen in mijn hoofd, die moest ik op papier zetten. Het was voor mezelf ook meteen een eerste test of ik de humor nog kon vertalen.
Na negen maanden stond ik voor het eerst weer op het toneel. Ik was benieuwd of ik de timing nog had, wat belangrijk is bij het vertellen van een verhaal of een grap. Het praten kostte me nog veel moeite, maar gelukkig zat daar progressie in. Anders was het einde oefening geweest wat optreden betreft, en dan had ik hier niet zo gezeten…
Voor Peter was het ook de vraag of we nog samen konden optreden, of we een dialoog konden voeren. Je moet goed kunnen luisteren en kunnen reageren. Bijna elke komma ligt al vast, maar er zijn altijd momenten dat je moet improviseren. Ik wist echt niet meer of ik dat kon. In het begin hield ik me heel erg aan het script, maar ik merk nu dat als er iets gebeurt, dat ik daarop kan reageren in het moment, dat ik dus kan improviseren.”
Trombose
“Ik wist wat trombose was, want mijn moeder moest regelmatig naar de trombosedienst Ze had een te hoog cholesterolgehalte, slikte vitamine K-remmers en moest haar INR-waarden laten controleren. Ik stond er echter nooit stil bij dat ik zelf trombose kon krijgen. Ik was gezond bezig: ik sportte veel, ik dronk niet overmatig, rookte niet. Ik dacht zoals veel mensen: dit overkomt mij niet. Voor mijn gevoel waren er ook geen signalen dat dit kon gebeuren, al zei mijn vriendin dat ik een dag eerder klaagde over pijn in mijn arm. Ik voelde pas dat het mis was toen ik duizelig werd.
Nu krijg ik de verhalen van andere mensen te horen die hetzelfde hebben meegemaakt. Dat zijn er veel. Er zijn ook nog zat mensen die hetzelfde blijven zeggen: mij gebeurt het niet. Het is natuurlijk goed om te leven zonder de kennis wat er allemaal mis kan gaan in je lichaam, maar trombose is iets wat je in de gaten kan houden, bijvoorbeeld door je cholesterolgehalte te laten controleren. Dat is een kleine moeite. Als ik had geweten dat een te hoog cholesterolgehalte erfelijk kan zijn, had ik het veel eerder laten controleren. Maar ik wist het niet, voelde me goed, dus maakte me geen zorgen. Je gaat vaak pas handelen als er iets is gebeurd. Maar dan kan het dus te laat zijn.”
Nieuwe Waas
“Ik ben nu twee jaar verder en moet zeggen dat het goed gaat. Ik ben soms vermoeider en mensen die me goed kennen, merken ook dat mijn spraak iets anders is dan voor het infarct. Ik merk zelf ook dat het gevoel in mijn mond anders is, dat de soepelheid van praten daardoor minder is. Of ik Johan Cruijff nog kan nadoen? Dat lukte in het begin echt niet. Nog steeds ben ik niet tevreden, omdat ik het juiste gevoel in mijn mond kwijt ben.
Ik kan gelukkig nog veel. Ik loop hard, voetbal, het schrijven gaat nog goed, het optreden ook. In de Theaterkrant stond een recensie van onze show, waarin werd geschreven dat de nieuwe Waas als een huis staat. Dat was een mooi compliment, en het klopt ook wel een beetje dat ik een nieuwe Waas ben. Ik ben op 29 maart 2021 opnieuw geboren. Of beter gezegd: ik moet me verhouden tot wat er die dag is gebeurd, met het feit dat ik er bijna niet meer was.”
Nee zeggen
“Thuis, op ons toilet, hangen foto’s van momenten uit ons leven. Als ik daarnaar kijk, denk ik: wie is die man die daar gebruind op het strand ligt te lachen? Dat is een ander… Hij stond veel meer in het leven, niet beseffend dat het leven ook eindig is. Ik leefde als een onsterfelijke, als een wilde hond die overal naartoe rende. Ik wilde zeven of acht ballen in de lucht houden, en het liefst ook nog een negende.
Nu denk ik: laat ik me maar op één ding richten. Ik ga niet meer én tv maken én een theatershow schrijven én in een film spelen én nog een theaterstuk schrijven. Dat is te veel. Ik wil liever een of twee dingen echt goed doen dan acht dingen een beetje goed. Misschien had ik dat voor mijn infarct ook al moeten doen, maar toen was ik daar helemaal niet mee bezig.
Laatst zag ik een show terug van NUHR en dacht ik: Jeetje, wat een energie had ik. Ik stond te springen op dat podium, niet normaal. Maar wat waren we goed, haha. Ik heb er zeker geen spijt van dat ik zo heb geleefd, al had ik tegen sommige dingen beter nee kunnen zeggen. Zoals op woensdagmiddag helemaal naar Terneuzen rijden om een praatje te houden bij de plaatselijke autodealer. Dat zou ik nu echt niet meer doen. Ik houd mezelf beter in de gaten, stel me altijd de vraag: is dit goed om te doen? Als ik denk van niet, zeg ik nee. Vroeger zei ik nooit nee.”
Angst
“Ik heb nooit angst voor de dood gehad, nu ben ik helemaal niet meer bang. Ik hoop alleen dat het snel gaat, dat ik niet lang hoef te lijden als het zover is. Bang voor nog een infarct ben ik ook niet. Volgens mij heb ik hetzelfde risico als voor het infarct, of misschien juist wel minder. Ik slik bloedverdunners en cholesterolverlagers. Maar ik wil niet in kansen of risico’s denken, want dat is geen manier van leven. Ik leef gewoon door.”
Met uw gift maakt u een groot verschil!
Draag ook bij aan een toekomst zonder trombose. Steun onderzoek naar een betere behandeling van trombose en betere medicijnen om trombose te behandelen en te voorkomen.